Overslaan en naar de inhoud gaan

Het profielwerkstuk: hoe pak je dat aan?

Het profielwerkstuk wordt ook wel de ‘meesterproef’ van de middelbare school genoemd. Je maakt het werkstuk in de bovenbouw van het vwo, de havo en vmbo-gl/tl. Het is een verplicht onderdeel van het eindexamen. Het profielwerkstuk gaat over een onderwerp dat past binnen jouw profiel. Je moet er zelf een onderzoek voor bedenken, uitvoeren en uitwerken. Met het profielwerkstuk laat je zien dat je de kennis, inzichten en vaardigheden die bij jouw profiel horen ook echt hebt opgedaan tijdens je middelbare schooltijd. Oftewel, dat je klaar bent om te beginnen met een vervolgopleiding. 

In dit artikel vind je praktische informatie en tips over het maken van een profielwerkstuk. Veel succes!

Op havo- en vwo-niveau is het profielwerkstuk is een onderdeel van het combinatiecijfer. Op vmbo-gl/tl niveau is het een los onderdeel van het schoolexamen. Lees meer over hoe je schoolexamens meetellen voor je eindexamen. Volgens de slagingseisen moet je op havo- en vwo-niveau minstens een 4 halen voor ieder afzonderlijk deel van het combinatiecijfer, zo ook voor je profielwerkstuk. Voor vmbo-gl/tl geldt dat je profielwerkstuk met een voldoende of goed beoordeeld moet worden om te kunnen slagen.

Het profielwerkstuk moet gaan over minimaal één ‘groot profielvak’. Dit is bij de havo een vak met een studielast van minimaal 320 uur en bij vwo van 400 uur, maar simpeler gezegd is het een vak waar je eindexamen in doet. Zoals geschiedenis of natuurkunde. Maatschappijleer kan dus niet, tenzij je het samen met bijvoorbeeld economie of geschiedenis combineert. Het mag dus altijd over meer vakken gaan. 

Er staat een studielast van 80 uur per persoon voor (op vmbo-gl/tl 20 uur per persoon). Om te bewijzen dat je er ook genoeg uren in hebt gestopt, moet je op de meeste scholen een logboek bijhouden. 

Op sommige scholen is het als havoleerling mogelijk om sommige vakken op vwo-niveau te volgen. Als je een vak op vwo-niveau volgt en het onderwerp van je profielwerkstuk binnen dit vak valt, moet je je profielwerkstuk ook op vwo-niveau maken. Als je na je havo-examen door wilt stromen naar het vwo krijg je doorgaans een vrijstelling voor je profielwerkstuk én het betreffende examenvak. 

Het is natuurlijk nogal een opdracht: zelf een onderzoek verzinnen en hier 80 uur aan besteden. Hoe doe je dat en waar begin je? Hieronder een stappenplan wat je op weg kan helpen.

Stap 1: Kies een partner, vak, begeleider en onderwerp

Allereerst is het belangrijk om te bedenken of je het profielwerkstuk alleen wilt maken of samen met iemand anders. Als je graag samen wilt werken is het uiteraard handig als jullie dezelfde interesses hebben en met hetzelfde vak aan de slag willen gaan. Bedenk dus naar welk vak jouw interesse uitgaat. Hieruit kan gelijk volgen welke leraar jou/jullie zou kunnen begeleiden.

Als je dit hebt bepaald, kun je echt een onderwerp gaan kiezen. Hiervoor hebben we een aantal tips:

  • Probeer na te gaan waar je eigen interesses liggen. Wat is lievelingsvak, of waar ben je goed in? 
  • Als je al weet wat je wilt gaan studeren na je eindexamens is het misschien een idee je profielwerkstuk te linken aan je studie.
  • Als je het moeilijk vindt een onderwerp te kiezen, zijn er veel sites te vinden die je op weg helpen. Je kunt eens googelen op ‘profielwerkstuk + onderwerp’ of bijvoorbeeld ‘profielwerkstuk + vak’.
  • Veel universiteiten en hogescholen bieden mogelijkheden aan om je profielwerkstuk te schrijven over een onderwerp waar zij onderzoek naar doen. Kijk daarom eens rond op hun websites om te zien wat er mogelijk is om neem contact op. 
  • Overleg met je begeleider of het onderwerp echt geschikt is voor een profielwerkstuk. 

Stap 2: Stel je onderzoeksvraag en onderzoeksmethode vast 

Als je, in overleg met je begeleider, het specifieke onderzoeksonderwerp hebt vastgesteld, kun je de onderzoeksvraag gaan bedenken. Hieruit volgen dan ook de deelvragen en de onderzoeksmethode.

Belangrijk om rekening mee te houden is de haalbaarheid:

  • Is de vraag breed genoeg om er 80 uur per persoon aan te besteden?
  • Is de vraag specifiek genoeg om er niet veel meer dan de gestelde tijd voor nodig te hebben?
  • Sluit de vraag aan bij je niveau?
  • Is het mogelijk om de gewenste onderzoeksmethodes te gebruiken? Bijvoorbeeld als je iets in een lab wilt onderzoeken, ga dan eerst na of je dit ergens (bij een universiteit of bedrijf) kunt doen.

Stap 3: Maak een planning

Vaak is er vanuit je school een tijdspad voor het profielwerkstuk vastgelegd, zorg dat je dit aanhoudt in je planning. Als je samenwerkt met iemand, is het handig om van te voren de taakverdeling te maken. Klik hier voor meer tips over het maken van een planning.

Stap 4: Het onderzoek uitvoeren

Deze stap spreekt eigenlijk voor zich, mits je de vorige stappen goed hebt doorlopen. 

Vergeet niet om tijdens de uitvoering van je onderzoek een logboek bij te houden. Op veel scholen is dit verplicht en dat is niet zonder reden. Het zorgt ervoor dat je zelf ook op de hoogte blijft van hoeveel tijd je in je profielwerkstuk stopt. Ook kun je zo bijhouden wat je precies gedaan hebt en waar informatie vandaan komt. Zo zorg je dat je niet dubbel werk aan het doen bent of belangrijke stappen misschien overslaat. Als laatste zorgt dit ervoor dat je inzicht krijgt in het proces van het maken van het werkstuk, dit is handig voor jouzelf (hier leer je van!) en ook voor de beoordelaar. 

Stap 5: De onderzoeksresultaten verwerken en een verslag schrijven

Zorg dat je de onderzoeksresultaten overzichtelijk vastlegt en de geraadpleegde bronnen bijhoudt. Hierna kun je kijken hoe deze je deelvragen en uiteindelijk je hoofdvraag beantwoorden.

Als je het profielwerkstuk gaat schrijven, zorg dan voor een duidelijke opbouw. Een verslag bestaat doorgaans uit de volgende onderdelen: 

  • Voorblad: hierop staat in ieder geval de titel, je naam/jullie namen, je klas, de naam van je begeleider en het vak.
  • Voorwoord: een persoonlijke introductie op het werkstuk.
  • Inhoudsopgave
  • Inleiding: hierin geef je een introductie van het onderwerp en benoem je de hoofdvraag en de deelvragen.
  • Hoofdstukken: doorgaans wordt in ieder hoofdstuk het antwoord op een van de deelvragen gegeven.
  • Conclusie: samenvatting van alle hoofdstukken, of wel de antwoorden op de deelvragen. Vervolgend beantwoord je de hoofdvraag.
  • Nawoord: hierin kun je het proces van het maken van het profielwerkstuk evalueren.
  • Bronnenlijst: hierin vermeld je alle bronnen die je hebt geraadpleegd.

Het profielwerkstuk moet je vaak ook presenteren. Geef in deze presentatie een samenvatting van je verslag.